De zenuwen speelden een belangrijke rol, zo vlak na het paasweekend: Venlo blijft voor Were Di Dames 1 een Angstgegner. Bovendien had Were Di de mogelijkheid om de kampioenswedstrijd te bepalen op de komende wedstrijd. Om die reden waren de dames dan ook wat onrustig gisteren voor aanvang van de wedstrijd en leek het alsof ze niet geloofden in de zelf gecreëerde mogelijkheid om kampioen te worden.
Het motto was dan ook weer om het per wedstrijd te bekijken. En daarnaast natuurlijk de eerste tien minuten meteen hun stempel drukken en de nul houden. Het bleek allemaal makkelijker gezegd dan gedaan.
Were Di Dames 1 heeft eigenlijk ondertussen wel bewezen de beste ploeg te zijn van de eerste klasse C. Het team stond al 17 wedstrijden op kop gisteren, vanaf de eerste tot aan nu en waarom zou er dan in godsnaam een reden moeten zijn om niet te vertrouwen in het kampioenschap? De overtuiging in zichzelf hebben zij echter af en toe nog te weinig. Het feit dat zij de meest scorende ploeg zijn, de meest constante, die met het meest aantrekkelijke spel, de mooiste combinaties, het gevaarlijkste tempo en de meest dreigende counters, een messcherpe cornervariant en tegenwoordig een zeer solide verdediging, dat wil nog niet zeggen dat zij het veld op stappen om te laten weten dat zij absoluut niet bang zijn voor Venlo.
Vanaf de eerste minuten was het een hectisch spel, het was zo warm dat het moeite kostte om genoeg mensen mee te krijgen in een aanval, waardoor de aanvallen van zowel Venlo als Were Di meestal zo rond de 23-meter al in de kiem gesmoord werden. Er ontstonden veel te veel slordigheden, miscommunicaties en verloren duels. Passes kwamen niet aan, men ging allemaal geforceerd andere taken op zich nemen als men van elkaar gewend was en de grootste krachten werden allesbehalve optimaal gebruikt.
Het was jammer dat bij een aantal mooie aanvallen ook net geen vuist gemaakt kon worden, het was jammer dat er veel balverlies geleden werd rond het middenveld en dat Were Di niet net als normaal een stapje sneller was dan de tegenstander. Toch waren er die kansen en die oplevingen en bleven de dames knokken.
0-0 in de rust was een terechte stand en de dames van Were Di zeiden tegen elkaar dat ze hier echt niet hoefden te verliezen. Ze probeerden net dát tegen elkaar te zeggen waardoor ze hun rug zouden rechtten en terecht zouden inzien dat zij de betere ploeg waren, dat ze dat al heel het jaar zijn en dat het gewoon terecht is als zij kampioen worden, dat ze er zelf op mogen hopen, dat ze het uit mogen stralen en dat ze die overtuiging mogen en moeten hebben, maar ook na de rust leek het alsof ze er het vertrouwen niet in hadden.
Gisteren zat het er niet in, er vlogen ballen rakelings langs, een rebound werd gemist en één-tegen-één duels werden verloren en er braken af en toe tegenstanders heel gevaarlijk door. Toen Were Di een aantal minuten voor tijd dan ook nog een strafcorner tegen kreeg, gingen de koppies echt hangen. Ze kwamen door een mooie tip-in variant ook nog met 1-0 achter. Het was op.
Gister zat het er niet in om elkaar aan te kijken, dat moment van rust te pakken en tegen elkaar te zeggen dat het dit jaar niet mis gaat. Gister ging het wel even mis. Maar dat betekent helemaal niks voor de rest van het jaar, dat betekent niks voor of zij nou wel of niet de beste ploeg zijn en of ze het nou wel of niet kunnen. Er is niks aan de hand, want ze zijn nog steeds dezelfde ploeg die 43 punten heeft en ook gister waren zij de ploeg die eigenlijk de betere was, ook gister was het niet nodig om te verliezen.